Voorbij de extase heet het rapport van de Staatscommissie MDMA. Het veel recreatief gebruikte MDMA (3,4-methyleendioxymethamfetamine) is in het uitgaanscircuit beter bekend als ecstasy maar de laatste 15 jaar zijn er onderzoeken gaande om te zien of dit middel gebruikt kan worden als ondersteuning bij de behandeling van psychische klachten en dan met name bij PTSS. Uit klinisch wetenschappelijk onderzoek lijkt volgens de voorstanders MDMA-ondersteunde therapie een veilige en effectieve therapie voor mensen met PTSS te zijn, in het bijzonder wanneer bestaande behandelingen bij veel mensen onvoldoende effect sorteren. Zo is bijvoorbeeld het positieve effect van psychofarmaca bij PTSS gering en is bij psychotherapie de drop out hoog. MDMA is geen middel dat op voorhand voor iedereen geschikt is en hulpverleners moeten om het toe te kunnen passen getraind en gekwalificeerd zijn.
Hoewel MDMA nauwelijks verslavend is, is het middel sinds 1988 wettelijk verboden in ons land al is er geen wetgeving die de registratie van MDMA voor een medische toepassing belemmert. De staatscommissie is van mening dat gelet op het wetenschappelijke bewijs en de grote lijdensdruk bij de patiëntengroep om de implementatie van MDMA als therapie ondersteunend middel bij PTSS zo snel als mogelijk te faciliteren en om hieromtrent beleid te formuleren omdat de belangstelling voor dit middel buiten de reguliere zorg groeit. Hetgeen ertoe kan leiden dat ecstasy voor therapeutische doeleinden wordt ingezet door commerciële, vaak onbekwame aanbieders van behandelingen zonder dat patiënten op een goede wijze worden begeleid.
Niet iedereen is echter zo enthousiast. Critici wijzen erop nieuwe middelen altijd enthousiasme teweeg brengen waarbij zowel patiënt als hulpverlener geloof hechten aan de werkzaamheid. Mede daardoor lijken de placebo-effecten groot. Ook pleiten wetenschappers voor meer onderzoek om de mogelijk nadelige (lange termijn) lichamelijke gevolgen van het gebruik van het middel in kaart te brengen. In Amerika is het gebruik van MDMA als therapeuticum onlangs met grote meerderheid van stemmen vooralsnog afgeraden door een commissie die advies uitbracht aan de Food and Drug Administration (FDA). De FDA is verantwoordelijk voor het beschermen en bevorderen van de volksgezondheid door middel van controle en toezicht op onder meer voedselveiligheid, voedingssupplementen, geneesmiddelen en vaccins. De FDA kan afwijken van het advies maar doet zoiets doorgaans niet. De Amerikaanse adviescommissie had juist twijfels over de kwaliteit van de studies naar de effectiviteit van MDMA. Onder meer omdat in het als dubbelblind opgezette onderzoek, waarbij in principe noch onderzoekers noch deelnemers weten wie het middel kreeg, de meerderheid van de deelnemers wel wist in welke groep ze zat. Ze wisten dit omdat de effecten van MDMA iemands mentale toestand aanzienlijk beïnvloedt. Een neppil kan dat niet nabootsen. De resultaten van het onderzoek zijn daarmee volgens de commissie niet langer betrouwbaar.
Een van de leden van de Nederlandse staatscommissie is professor Eric Vermetten. Hij is wel een pleitbezorger van het middel omdat hij van mening is dat we iets wat volgens hem lijkt te werken moreel gezien niet mogen onthouden aan mensen die gebukt gaan onder ernstige trauma’s. Zeker omdat dus de gebruikelijk behandelingen bij velen geen of onvoldoende verlichting brengen. GGZ Ecademy ging met hem in gesprek over het gebruik van MDMA als ondersteunend therapeutisch middel.
Bekijk of beluister hier het interview met professor Eric Vermetten.
Van Rob Keukens (inhoudelijk adviseur GGZ Ecademy)
Rob Keukens is naast zijn werk als inhoudelijk adviseur voor GGZ Ecademy betrokken bij de Federation Global Initiative on Psychiatry (FGIP). Dit is een internationale non-profit organisatie die zich wereldwijd bezighoudt met het bevorderen van humane, ethisch verantwoorde geestelijke gezondheidszorg. Hoeksteen van de organisatie is het opkomen voor het naleven van mensenrechten in de ggz.